Rassenkeuze
Het juiste tarweras zaaien is de sleutel tot succes om een goede opbrengst te realiseren. Denk hierbij niet alleen aan opbrengsteigenschappen, maar stem het ook af op bijvoorbeeld de grondsoort. Hierbij een aantal aandachtspunten ter ondersteuning van de rassenkeuze:
- De resistentie van rassen tegen ziekten, met name aarfusarium, vormen een belangrijk criterium, houdt hier rekening mee in de rassenkeuze.
- Er komen steeds sneller nieuwe fysio’s van gele, maar ook bruine roest. Kies een ras met een hoog cijfer voor roestresistenties.
- De markt vraagt steeds meer om kwalitatief goede Nederlandse tarwe. We weten dat het ras en een goed eiwitgehalte van groot belang zijn. AR Plant betaalt een oplopende premie op baktarwe met een eiwitpercentage boven de 11%.
- Niet alle vroege rassen zijn geschikt voor late zaai. Zaai late rassen bij voorkeur vroeg, zodat ze alsnog op tijd rijp zijn.
- Maal- en baktarwerassen zijn stabiel in opbrengst over de jaren heen en houden het teeltrendement hoog. Deze hebben ook het afgelopen jaar de hoogste hectolitergewichten laten zien.
- AR plant adviseert om een ras te kiezen waar minstens 3 jaar onderzoek naar gedaan is.
Tarwehalmdoder
AR Plant kan het ras Calgary ontsmet met Latitude leveren voor percelen waarbij tarwehalmdoder speelt. De toelating van Latitude komt te vervallen, dit is het laatste jaar en het product is ook niet onbeperkt beschikbaar. Nieuwe chemische oplossingen worden niet verwacht. Wanneer je tarwe op tarwe teelt, kijk dan goed welke rassen hiervoor geschikt zijn en welke teeltstrategie en maatregelen het beste werken.
Gerstevergelingsvirus
Gerstevergelingsvirus is een hardnekkig virus dat door bladluizen wordt overgebracht. Vroeg gezaaide tarwe of gerst kunnen vooral in een relatief warm najaar besmet worden door invliegende bladluizen. Mogelijke maatregelen tegen bladluizen zijn:
- In het najaar een bladluisbestrijding uitvoeren (indien noodzakelijk).
- Beheersen van opslagplanten op graanpercelen.
- Wees alert bij naburige percelen wintergerst, ook als de betreffende wintergerst tolerant is tegen dwergvergelingsvirus.
- Indien de omstandigheden op het veld het toelaten, zaai pas vanaf half oktober.
